KERKMUZIEK
Vlaamse Ardennen

Het Geneefse Psalter van Calvijn vanaf 1536

De Geneefse psalmen zijn herkenbaar aan hun herkomst en aan hun muzikale kenmerken.

HERKOMST:
 

Tekstdichters:           Johannes Calvijn (1509-1564),
                                   Clément Marot (1497-1544),
                                   Théodore de Bèze (1519-1605)                               
 

Componisten:          Louis Bourgeois (ca. 1510-?),
                                   Guillaume Franc (?-?),
                                   ‘Maitre Pierre’,
                                   (van wie wordt aangenomen dat hij Pierre Davantes (?-?) is geweest)
                                   Matthias Greiter (1495-1550)
 

Locatie:                      Straatsburg, Genève

MUZIKALE KENMERKEN:
 

- De melodische structuren zijn gebaseerd op kerktoonsoorten of modi.
 

- Ritmisch is het materiaal beperkt tot twee notenwaarden:
de halve en de kwartnoot, die resp. 1 en een halve tel lang zijn.

- De ritmische structuur is gebaseerd op de tactus (nog geen metrum/maatsoort).
 

Gevolgen voor de uitvoering:
Melodieën tot (en met) de 16de eeuw waren nog niet gedacht en geschreven met een afwisseling van zware en lichte accenten, zoals in moderne maatsoorten.
Als basiseenheid dient niet de kwartnoot maar de halve noot.  Historisch lag het tempo op ca. 72 bpm voor de halve noot.  In de praktijk komt het erop neer dat psalmen en daaraan verwante melodieën in een vlot tempo gezongen moeten worden.
Voor deze melodieën is het van belang te weten dat zij van de eerste noot naar de laatste toe gedacht zijn en dus per regel op één adem gezongen moeten worden.