ORGELS in de Vlaamse Ardennen
Een ongekend maar boeiend patrimonium
Orgelbouwer:
Bouwjaar:
Voormalig orgel:
Bespeelbaarheid:
gebroeders Reygaert (Geraardsbergen)
1925
C. en A. Delmulle (Nokere)
doksaal: 1887 J. Vossaert
niet bespeelbaar
Typering:
Dit postromantisch instrument doet qua dispositie al wat denken aan het instrument dat enkele jaren later in de dekenale kerk van Zottegem (1931) wordt geplaatst. In de streek vinden we van Reygaert nog kleinere instrumenten in o.a. het Zwalmse Beerlegem (1912) en Sint-Maria-Latem (1927-1932).
Klaviatuur:
vrijstaande speeltafel: 2 manualen en pedaal
Vanaf de invoering van pneumatische en elektrische tractuursystemen wordt de vrijstaande speeltafel zeer populair.
Dispositie:
2 manualen en pedaal, 20 registers
[Bovenklavier Récit, 56t.]
-
Quintation 16'
-
Flûte Traversière 8'
-
Cor de nuit 8'
-
Viole de Gambe 8'
-
Voix Céleste 8'
-
Flûte d'Echo 4
-
Octavin harm. 2
-
Trompette harm. 8'
-
Basson hautbois 8'
[Onderklavier Grand Orgue, 56t.]
-
Bourdon 16'
-
Montre 8'
-
Bourdon 8'
-
Salicional 8'
-
Prestant 4'
-
Nazard 3/4 (sic: 4 geschrapt)
-
Doublette 2'
-
Fourniture III
-
Trompette 8'
[Voetklavier Pédale, 30t.]
-
Sousbasse 16'
-
Basse 8'
[Speelhulpen: 6 voettreden + zwelpedaal]
-
Grand orgue au pédalier
-
Récit au pédalier
-
Forte Générale
-
Zwelpedaal voor het Récit
-
Récit au grand orgue
-
Octave aigue grand orgue
-
Tremolo Récit
Orgelkast:
De vormgeving is hier een eigentijdse open pijpopstelling waarbij een bovenkas en een duidelijke frontopstelling ontbreken.
Wel zijn de metalen frontpijpen vervaardigd in 'spotted metaal' (50% tin - 50% lood), hetgeen een visueel glanzend effect geeft. Deze staan in het midden in een piramidale opstelling, geflankeerd door roodbruin geverfde houten pijpen, waarvan zelfs enkele gekropte houten pijpen, opdat ze in de spitsvormige nis zouden passen.
De speeltafel bevindt zich in het midden voor de frontpijpen, gericht naar de kerk.
open opstelling = geen kast
2 manualen en pedaal
'spotted metal' = 50% tin, 50% lood