top of page

Het orgel van Sint-Maria-Latem

Een interbellumorgel door de gebroeders Reygaert

Bouwer: Reygaert (Geraardsbergen)

Bouwjaar:  1928

Een sobere orgelkast
(foto: Heemkring "De Zwalm")

Orgelkast:

Voor de esthetiek van zijn orgelmeubels had Reygaert nooit veel interesse.  We zien hier een zeer sober front met drie pijpenvelden, waarvan de middelste het breedste.  Alle frontpijpen hebben een opgeworpen labium en hebben een V-vormig verloop in hun pijpenveld.

De plaatsing op het doksaal toont ook meteen zijn functie als 'begeleidingsinstrument' aan.

 

Het oude renaissanceorgel, dat afkomstig was van de Gentse Sint-Pietersabdij, werd volledig vernield in de Eerste Wereldoorlog.
(bron: inventaris onroerend erfgoed, ID: 44025)

Reygaert plaatste er tussen 1927 en 1932 een eenmanualig orgel met aangehangen pedaal, voorzien van 6 registers. 
De overbrenging (tractuur) van klaviertoetsen naar de windlade verloopt via het klassieke mechanische stelsel.  De registratie is pneumatisch gestuurd.
In het contract staat o.a. ook vermeld dat de blaasbalg van het oude orgel wordt herbruikt en dat de kerkfabriek zelf het gedemonteerde en geëmballeerde orgel op haar kosten moet vervoeren.

Dispositie:

 

Montre 8'

Bourdon 8'

Salicional 8'

Voix Célesta 8'

Prestant 4'

Trompette 8'

 

 

  

Huidige toestand:

 

- Bespeelbaarheid:

Instrument in verval: het orgel is 'windziek', door een kapotte blaasbalg.
Enkel de registers Bourdon 8' en Voix Célesta 8' zijn nog min of meer bespeelbaar.
De Trompette 8' werkt nog, maar staat niet gestemd en is momenteel onbruikbaar.

 

- Gebruik:

Het instrument wordt niet meer gebruikt sinds de aanschaf van een electronium  (ca. 1997 of later).

 

- Onderhoud:

- In 1983 door Leopold Lombaerts.
- Niet uitgevoerd bestek van Laureys orgelbouw in 1997 (vernieuwing blaasbalg en herstel pneumatische delen).


 

Voettredes:

Grand orgue - pédalier

Forte

 

 

 

  

Typering:

De orgels van Reygaert zijn allemaal gebouwd in een laatromantische (postromantische) stijl.  Op enkele uitzonderingen na (bijv. Zottegem), zijn de meeste van zijn werken niet van die kwaliteit dat we Reygaert tot de belangrijkste orgelmakers kunnen rekenen.  De Reygaerts zweren bij het pneumatisch stelsel, al verloopt de toetstractuur wel mechanisch bij dit orgel. 
Dit kleine instrument met slechts één klavier voorzien van 6 registers en een aangehangen pedaal, is in feite niet veel meer dan een louter begeleidingsinstrument.

In de streek vinden we van Reygaert nog een instrument in Beerlegem (1912), met recuperatie van een oudere orgelkast en in Bevere (1925) waar de pijpen in een open opstelling staan.

- Deze website wordt regelmatig bijgewerkt -

bottom of page